De politie en het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) gaan ram- en plofkrakers en overvallers opsporen middels glassplinters. Daarvoor hebben ze een zogenaamde glasdatabase ontwikkeld.
Het NFI en de politie zijn bijna twee jaar geleden begonnen met het aanleggen van de databank. Inmiddels bevat deze zo’n 150 glasmonsters van ongeveer 50 verschillende zaken. De database linkt splinters, verdachten en delicten aan elkaar. In drie zaken linkte de glasdatabank verdachten al aan meerdere delicten.
Daders van overvallen op juweliers of ram- of plofkraken hebben bij hun aanhouding geregeld glassplinters op hun kleding of in hun schoenzolen. Deze splinters kunnen maandenlang blijven zitten en zijn met het blote oog niet of nauwelijks zichtbaar.
Het idee voor de glasdatabase is in 2014 binnen het LFCT ontstaan. Het LFCT is het Landelijk Forensisch Coördinatieteam dat verantwoordelijk is voor de forensische opsporing rond ram- en plofkraken en overvallen juweliers. Het LFCT werkt regio-overstijgend en probeert delicten aan elkaar te koppelen en mogelijke verdachten aan ram- en plofkraken.