Het Openbaar Ministerie eist achttien jaar onvoorwaardelijke gevangenisstraf tegen de vermeende schutter van de moord op Mike Duif, die op 23 februari 1996 plaatsvond in Amersfoort.
De verdachte, nu 55 jaar oud en een bekende van het slachtoffer, werd eerder in april 1996 al aangehouden maar destijds niet vervolgd wegens gebrek aan bewijs. Na hernieuwd onderzoek door het Cold Caseteam is er volgens het OM nu wel voldoende bewijs.
Het onderzoek naar de dood van Mike Duif bleef al die jaren actief bij het Cold Caseteam Midden-Nederland. In 2020 werd het officieel heropend nadat een anonieme getuige had gemeld dat de verdachte had bekend het slachtoffer te hebben doodgeschoten. Nieuw aanvullend bewijs werd gevonden tijdens het daaropvolgende onderzoek.
De verdachte bekende vervolgens ook aan twee undercoveragenten dat hij het slachtoffer in 1996 heeft doodgeschoten, waarbij hij informatie gaf die nooit openbaar was gemaakt, zoals het type en kaliber wapen dat werd gebruikt. Getuigen bevestigden dat de verdachte destijds in het bezit was van een dergelijk wapen.
Daarnaast hebben twee familieleden van de toenmalige vriendin van de verdachte nieuwe belastende verklaringen afgelegd. Volgens hen vertelde de verdachte destijds aan zijn vriendin dat hij Mike had gedood. Deze getuigenverklaringen en die van de anonieme getuige worden als betrouwbaar beschouwd door het OM en zijn getoetst door de rechter-commissaris.
Het motief voor de moord werd al in 1996 duidelijk, aangezien er getuigen waren die bevestigden dat het slachtoffer en de verdachte voorafgaand aan het schietincident ruzie hadden. Uit het onderzoek bleek dat beiden geld verdienden met de handel in gestolen computeronderdelen. Het slachtoffer had kort voor zijn dood een grote som geld verdiend, waarvan de verdachte op de hoogte was en hij op dat moment geld nodig had om een deurwaarder te betalen. Het OM beschouwt de diefstal van 13.000 euro als het motief voor de verdachte om Mike Duif te vermoorden.
Het OM stelt dat er meer dan voldoende wettig en overtuigend bewijs is dat de verdachte Mike Duif op 23 februari 1996 in zijn woning heeft doodgeschoten. Hoewel er geen bewijs is voor een vooropgezet plan om het slachtoffer te doden, is er wel sprake van gekwalificeerde doodslag, waarbij het uiteindelijke doel van de verdachte het geld was en de dood van Mike dit vergemakkelijkte.
Het OM neemt het de verdachte zeer kwalijk dat hij het leven van Mike Duif heeft ontnomen en eist daarom een lange onvoorwaardelijke gevangenisstraf van achttien jaar. Het feit dat de verdachte nooit openheid van zaken heeft gegeven, eerdere veroordeling en heeft voor andere misdrijven en de manier waarop het slachtoffer om het leven is gebracht, worden als strafverzwarende omstandigheden beschouwd. Het slachtoffer werd in zijn eigen huis doodgeschoten met meerdere kogels in het hoofd.