Het Openbaar Ministerie (OM) eist in hoger beroep een gevangenisstraf van 4,5 jaar tegen een 40-jarige vrouw.
Zij wordt ervan verdacht haar destijds 8-jarige zoontje ernstig te hebben verwaarloosd, mishandeld en hem wederrechtelijk van zijn vrijheid te hebben beroofd. Deze zaak betreft een ernstige vorm van kindermishandeling en verwaarlozing.
De vrouw werkte samen met de vader van het jongetje. In eerste aanleg werden beide ouders veroordeeld tot gevangenisstraffen van drie jaar. Zowel het OM als de ouders gingen in hoger beroep tegen deze uitspraak. Het OM deed dat vanwege de hoogte van de opgelegde straf, aangezien de officier van justitie oorspronkelijk gevangenisstraffen van 5 jaar had geëist.
De vader werd in september 2020 in hoger beroep veroordeeld tot een gevangenisstraf van 4,5 jaar. Het hoger beroep tegen de moeder was eerder aangehouden omdat ze een straf uitzat in Duitsland voor de mishandeling van een andere zoon.
De zaak kwam in juli 2017 aan het licht toen het jongetje werd aangetroffen op een camping in Winterswijk. Hij verkeerde in een zeer verwaarloosde toestand, met tekenen van mishandeling en verhongering.
Uit onderzoek bleek dat het kind maandenlang in een kist werd opgesloten, gestraft door zijn ouders vanwege vermeende diefstal van voedsel. Hij werd vastgebonden, geschopt en geslagen door beide ouders.
Het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) bevestigde de ernstige lichamelijke toestand van het kind, inclusief ondervoeding en diverse schimmelinfecties aan zijn benen en tenen. De advocaat-generaal benadrukte het onmenselijke en harteloze karakter van de daden van de moeder, waarbij ze haar plicht om voor haar kind te zorgen ernstig verwaarloosde. De gevolgen van haar daden zullen het slachtoffer de rest van zijn leven meedragen.