Vandaag stond een 42-jarige man uit Breda terecht in de rechtbank van Lelystad.
Het Openbaar Ministerie (OM) beschuldigt hem van het voorbereiden van de moord op een hulpverlener, poging moord met terroristisch oogmerk op presentator Tim Hofman, en het bezit van een vuurwapen. Volgens het OM wordt de poging tot moord op Hofman niet alleen gezien als een aanslag op de persoon zelf, maar ook als een aanval op de journalistiek.
Voorbereiding en Motief
Op 6 september 2023 wandelde de verdachte gewapend het BNNVARA-pand in Hilversum binnen en verklaarde aan een beveiliger dat hij Tim Hofman wilde doden. Onderzoek heeft aangetoond dat de verdachte eerder die dag al in het pand was geweest, maar zijn plan om Hofman naar de balie te lokken was niet geslaagd. Het OM benadrukt dat het falen van het plan te danken is aan toevalligheden, en zonder deze zou de samenleving mogelijk geschokt zijn door de moord op een bekende journalist.
Daarnaast blijkt uit het onderzoek dat de verdachte op 18 augustus 2023 ook bezig was met het voorbereiden van een moord op een hulpverlener die dicht bij zijn gezin stond. Dit plan was opgeschreven in een manifest, waarin hij zijn bedoeling uiteenzette om angst te zaaien binnen de samenleving. De verdachte richtte zich specifiek tegen personen met een linkse ideologie, met name op het gebied van gender en seksuele geaardheid.
Terroristisch Motief
Het OM beschouwt de poging tot moord op Hofman als een terroristisch misdrijf. Een belangrijk criterium voor de kwalificatie van een misdrijf als terroristisch is de intentie om ernstige vrees in de samenleving te zaaien. Dit blijkt uit het manifest van de verdachte, waarin hij verklaart dat hij met de moord een signaal wilde afgeven aan wat hij ‘extreem-links’ noemt, met de bedoeling hen te intimideren en in te perken.
Vordering van het OM
De officier van justitie eiste een gevangenisstraf van 12 jaar en tbs met dwangverpleging. Het OM benadrukt dat de verdachte een bewuste keuze heeft gemaakt om zware misdrijven te plegen, wat hem strafrechtelijk verantwoordelijk maakt voor zijn daden.
Volgens het OM is het onacceptabel dat iemand op deze manier de maatschappij en journalisten probeert te beïnvloeden. De rechtbank zal op 16 oktober uitspraak doen in de zaak.