De Braziliaanse president Luiz Inácio Lula da Silva is door een federale rechter veroordeeld tot het betalen van een schadevergoeding van 2.400 euro aan zijn voorganger Jair Bolsonaro.
Deze straf komt voort uit valse beschuldigingen die Lula uitte over Bolsonaro’s vermeende diefstal van meubels uit de presidentiële ambtswoning.
Onjuiste beschuldigingen van meubeldiefstal
Lula had Bolsonaro ervan beschuldigd bij zijn vertrek uit de ambtswoning 260 voorwerpen, waaronder een bed, te hebben meegenomen. Deze beschuldigingen bleken onterecht. Uit onderzoek bleek dat de meubels niet waren gestolen, maar in opslag stonden op verzoek van Bolsonaro en zijn vrouw Michelle.
Schadevergoeding en publieke intrekking
De rechter oordeelde dat de valse beschuldigingen de reputatie van zowel Bolsonaro als zijn vrouw Michelle ernstig hadden aangetast. Om deze reden werd een schadevergoeding toegekend, die door de Braziliaanse overheid moet worden betaald. Daarnaast is Lula opgedragen zijn beschuldigingen publiekelijk in te trekken. Zijn kantoor heeft echter aangegeven in beroep te gaan tegen deze uitspraak.
Vervanging van het meubilair
Terwijl de originele meubels vermist leken, bestelde Lula vervangend meubilair voor het presidentieel paleis. Dit incident zorgde voor enige controverse, aangezien de oorspronkelijke items zich dus al in opslag bevonden.
Lopende rechtszaak tegen Bolsonaro
Hoewel Bolsonaro deze juridische overwinning behaalde, blijft hij verwikkeld in een grotere zaak. Hij wordt namelijk vervolgd voor zijn vermeende betrokkenheid bij de gewelddadige bestorming van overheidsgebouwen in Brazilië begin 2023, kort na de machtsoverdracht aan Lula.
Deze ontwikkelingen blijven het politieke toneel in Brazilië beheersen, terwijl de juridische strijd tussen beide politieke leiders voortduurt.