Het Openbaar Ministerie (OM) heeft gevangenisstraffen geëist tegen negen mannen die verdacht worden van betrokkenheid bij de smokkel van duizenden kilo’s cocaïne uit Zuid-Amerika naar Nederland.
In totaal gaat het volgens justitie om ongeveer 5.000 kilo cocaïne uit Zuid-Amerika met bestemming Nederland, verspreid over vier transporten in de zomer, het najaar en de winter van 2015. Volgens het OM zijn tussen begin en half juli 2015 een partij van 3150 en een van 628 kilo cocaïne ingevoerd. In september 2015 is een poging tot het invoeren van 76 kilo cocaïne mislukt. De cocaïne zat onderin een container verstopt onder, volgens verdachten, ‘waardeloze meubels’ uit Colombia met bestemming een loods in Hoofddorp. De Colombiaanse autoriteiten wisten de container met drugs te onderscheppen. Op 20 en 21 december dat jaar vond de invoer plaats van zo’n 1.000 kilo cocaïne in Raamsdonkveer.
Volgens het OM speelde iedere verdachte een specifieke rol bij de drugssmokkel. De verdachten El A., H. en Y. zijn de personen die de contacten zouden hebben onderhouden met leveranciers van de cocaïne in Zuid-Amerika. K. en Van L. hielden zich bezig met afscherming van deze operatieën door middel van dekmantelbedrijven en het organiseren van dekladingen. Zij vormen daarmee een onmisbare schakel in het geheel. B. heeft zich bij hen aangesloten met investeringen en dekladingen. Aldus het OM.
Op hun beurt gebruikten K. en Van L. de verdachten Van G., M. en S. als stromannen en loopjongens om geld te storten, klusjes uit te voeren die ze zelf niet leuk vonden, bedrijven op hun naam zetten en bankrekeningen openen die ze vervolgens niet zelf mochten beheren om het geheel een legitieme façade te geven.
‘Er is gebleken dat het niet altijd even gemakkelijk is om de juiste dekladingen aan boord te krijgen of een geloofwaardige bedrijfsvoering te organiseren. Dat blijkt bijvoorbeeld al uit het feit dat bestelde ladingen niet werden opgehaald in de haven, of stonden weg te rotten in gehuurde loodsen.’ Aldus de officier van justitie op de zitting.
De verdachten hebben volgens onderzoek van politie en justitie gebruik gemaakt van diverse bedrijven die niet of nauwelijks startkapitaal hebben om toch snel na hun oprichting voor tonnen bananen, ananassen en andere goederen te importeren. Het OM vindt dat verdacht en meldt: ‘Hun bankrekeningen werden constant met cashstortingen gevoed. Kort na de inbeslagname van cocaïne bleken alle activiteiten van de bedrijfjes te stoppen, terwijl vaak nog lopende huur- en andere contracten golden. Uit bankgegevens bleek veelal dat flink verlies was gemaakt met de import van ananassen of bananen. Er is geen sprake (geweest) van een normale bedrijfseconomische gang van zaken.’
De bananen werden via de Antwerpse haven ingevoerd. Daarop gingen ze op transport naar Geleen om vervolgens vanaf daar naar het westen van Nederland te worden vervoerd. De ananassen kwamen eveneens per container via de Antwerpse haven. Zeven containers zijn vanuit de haven daar op transport gegaan naar Westoverledingen. Na daar te zijn aangekomen, gingen de ananassen naar verdere afnemers of bleven daar achter. Een aantal containers ging wel direct vanuit Antwerpen naar een afnemer en een groot aantal bleef in de haven van Antwerpen achter.
Eén van de verdachten is een 47-jarige voormalige beurshandelaar uit Hillegom. Hij hoorde 4 jaar tegen zich eisen. De andere verdachten hebben leeftijden tussen 27 en 59 jaar. Drie van hen wonen in Bunschoten- Spakenburg , Bilthoven en Amsterdam. Twee verdachten zijn woonachtig in Duitsland, twee komen uit België. Eén verdachte woont in Zuid-Afrika. De verdachte uit België hoorde de hoogste straf van zes jaar tegen zich eisen. De rechtbank doet binnenkort uitspraak.