Foto ter illustratie. © Pexels / Pixabay

Criminelen doen zich voor als medewerkers ABN Amro en ING en maken 128.000 euro buit

In de extra beveiligde rechtbank in Amsterdam worden momenteel verdachten berecht die ouderen tussen oktober en december 2020 zouden hebben opgelicht.

De slachtoffers, allen op leeftijd, werden doelwit van een geraffineerde oplichtingsmethode. De verdachten, opererend in wisselende samenstelling, zouden gebruik hebben gemaakt van een truc waarbij zij zich voordeden als bankmedewerkers van ING of ABN Amro.

Het scenario was steeds min of meer hetzelfde: de slachtoffers werden gebeld op hun huistelefoon en kregen te horen dat er mogelijk was gefraudeerd met hun bankrekening. Om hun geld veilig te stellen, moesten ze hun inloggegevens en pincodes doorgeven. Vervolgens werden ze gevraagd hun pinpas in een envelop te doen, die later aan de deur zou worden opgehaald. Nietsvermoedend gaven de ouderen gehoor aan deze verzoeken, wat leidde tot dramatische gevolgen.

In plaats van hun geld veilig te stellen, werden de slachtoffers op slinkse wijze bestolen. De oplichters gingen er met duizenden euro’s vandoor door gebruik te maken van de verstrekte passen. De totale buit op basis van alle aangiftes bedroeg 128.684,93 euro. “Een schaamteloze vorm van zelfverrijking ten koste van kwetsbare ouderen”, aldus de officier van justitie tijdens haar requisitoir.

De gevolgen van deze oplichtingspraktijken waren niet alleen financieel, maar ook emotioneel. De oudere slachtoffers, veelal al kwetsbaar, werden geconfronteerd met boosheid, verdriet en angst. Het vertrouwen in hun medemens en het gevoel van veiligheid in hun eigen huis werden ernstig geschaad.

De verdachten, afkomstig uit Den Helder, Schagen en Den Haag, zouden een spoor van vernieling hebben achtergelaten. Tijdens de zitting werden eisen tot celstraffen geformuleerd. De hoogste eis van 40 maanden gold voor een 28-jarige man uit Den Helder, die een leidende rol zou hebben gehad en eerder veroordeeld was voor geweldsdelicten.

Het onderzoek naar deze oplichtingspraktijken begon met twee aangiftes, maar al snel bleken vergelijkbare feiten op diverse plaatsen in Nederland te zijn gepleegd. De verdachten werkten soms in wisselende samenstelling en hadden verschillende rollen binnen de oplichtingsorganisatie.

De verdachten belden hun slachtoffers altijd via prepaid-nummers vanuit Den Helder, waarbij gebruik werd gemaakt van een Nokia 105. De telefoon van een van de verdachten bevatte een bestand met namen en persoonlijke gegevens van slachtoffers. Bij huiszoekingen werden luxe goederen, zoals een Rolex-horloge en goudkleurige kettingen, aangetroffen, evenals nieuwe schoenendozen van exclusieve merken en 25 ‘wegwerp’-Nokia’s.

De officier van justitie benadrukte dat geen van de verdachten verantwoordelijkheid heeft genomen voor hun daden. Tijdens het onderzoek en de zitting hebben zij geen openheid van zaken willen geven. Dit gebrek aan verantwoordelijkheid baarde de officier zorgen, vooral met het oog op de toekomst.

De uitspraak in deze zaak volgt op 14 februari.