Het Openbaar Ministerie Oost-Nederland heeft geconcludeerd dat het optreden van politieagenten bij de aanhouding van een man op 23 juli 2023 in Apeldoorn niet heeft bijgedragen aan zijn latere overlijden.
Het onderzoek, uitgevoerd door de Rijksrecherche, wijst uit dat het gebruikte geweld rechtmatig en noodzakelijk was binnen de wettelijke kaders en de Ambtsinstructie voor de politie.
Op die dag ontving de meldkamer een melding van een ongeklede man in Apeldoorn Zuid die verward gedrag vertoonde. Bij aankomst van de politie bleek de man niet alleen de eerbaarheid te schenden, maar vormde hij ook een gevaar voor zichzelf en de omgeving, met name in een snackbar waar heet frituurvet en messen voorhanden waren. Het was daarom noodzakelijk om de man naar het politiebureau over te brengen.
De man was echter niet aanspreekbaar en verzette zich hevig bij pogingen om hem in de politieauto te plaatsen. Ondanks het gebruik van geweld kon de man uiteindelijk zelf naar de politieauto lopen en werd hij overgebracht naar het politiebureau. Helaas werd hij daar onwel en overleed.
Het onderzoek richtte zich op de rechtmatigheid van het gebruikte geweld en of dit heeft bijgedragen aan het overlijden. De officier van justitie concludeert dat het geweld noodzakelijk was om de man onder controle te krijgen en dat dit niet heeft bijgedragen aan zijn overlijden. Het sectierapport wees uit dat het overlijden een toxicologische oorzaak had, en uit respect voor de privacy en nabestaanden worden geen verdere details over de doodsoorzaak bekendgemaakt.
Zowel de betrokken politieagenten als de nabestaanden van de overleden man zijn op de hoogte gebracht van de onderzoeksresultaten.