Een 23-jarige man uit Rotterdam is door de rechtbank Midden-Nederland veroordeeld tot 150 dagen cel, waarvan 77 dagen voorwaardelijk, en een taakstraf van 120 uur.
De man ging systematisch te werk door zich voor te doen als politieagent en op die manier geld, bankpassen en pincodes van vier slachtoffers te stelen. Ook probeerde hij een echte politieagent op te lichten.
De verdachte belde de slachtoffers met het verhaal dat er een woninginbraak had plaatsgevonden in de buurt. Om hun geld en bankpassen “veilig” te stellen of bankrekeningen te controleren, zouden agenten bij hen thuis langskomen.
De man verscheen vervolgens persoonlijk bij de slachtoffers en misleidde hen om geld en bankpassen af te staan, terwijl zij aan de lijn waren met een medeverdachte die zich eveneens als politieagent voordeed. De verdachte wisselde daarbij af tussen het pinnen van geldbedragen en het ophalen van de gestolen goederen. Zijn reeks oplichtingen kwam tot een einde toen hij bij een echte politieagent aanbelde en werd herkend en aangehouden.
Tijdens de zitting bekende de verdachte zijn daden en bood hij zijn excuses aan de slachtoffers aan. Het Openbaar Ministerie had een celstraf van twintig maanden geëist, waarvan drie maanden voorwaardelijk.
De rechtbank legde een lagere straf op omdat het ging om een eerste veroordeling en het aantal slachtoffers en de buit beperkt was.
Tegelijkertijd legde de rechter een aanzienlijk voorwaardelijk deel op als stok achter de deur, aangevuld met bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering. Ook werd een taakstraf van 120 uur opgelegd en moet de verdachte de schade van de slachtoffers vergoeden.

