Jaren cel en ontneming ruim 600.000 euro geëist voor grootschalige kweek wiet

In de rechtszaal in Almelo heeft het Openbaar Ministerie een gevangenisstraf van 4 ½ jaar geëist tegen een 56-jarige verdachte uit de gemeente Oldenzaal.

De man wordt beschuldigd van bezit en teelt van wiet, diefstal van elektriciteit, wapenbezit, witwassen en omvangrijke faillissementsfraude. Het OM stelt dat de verdachte ruim 6 ton wederrechtelijk verkregen voordeel moet terugbetalen. Een tweede verdachte, de boekhouder van de 56-jarige verdachte, hoorde een werkstraf van 240 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden tegen zich eisen voor schuldwitwassen van bijna 600.000 euro.

Tussen 2014 en 2017 kwamen er verschillende meldingen binnen over vermoedelijke wietkwekerijen bij de verdachte thuis. In 2017 nam de politie ongeveer 600 hennepplanten, 400 stekken en 16 kilo wiet in beslag. Het onderzoek toonde ook aan dat de stroomvoorziening voor het gehele perceel via een illegale elektriciteitskabel plaatsvond, waardoor de kwekerijen op gestolen elektriciteit draaiden. De verdachte wordt tevens beschuldigd van witwassen, waarbij grote contante geldbedragen op de rekening van zijn sportscholen werden gestort en schulden van zijn bedrijven contant werden betaald, in totaal bijna 700.000 euro.

Daarnaast wordt de verdachte aangeklaagd voor faillissementsfraude, waarbij hij het faillissement van zijn sportscholen aanvroeg om beslaglegging door de Belastingdienst te voorkomen. Hierdoor ontstond een conflict met de curator, inclusief een gijzeling van de verdachte omdat hij weigerde zijn administratie aan de curator beschikbaar te stellen. Het OM benadrukt dat de verdachte er alles aan heeft gedaan om het werk van de curator te bemoeilijken.

De verdediging kwam met een schriftelijke verklaring van een voormalige huurder die bekende verantwoordelijk te zijn voor de illegale activiteiten op het terrein van de verdachte. Het OM acht deze verklaring ongeloofwaardig en wijst op de dubieuze gang van zaken rond deze verklaring.

De officier van justitie eindigde met de eis van 4 ½ jaar onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de hoofdverdachte en een werkstraf van 240 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden voor de boekhouder. De advocaten krijgen de gelegenheid om hun verdediging te presenteren. De rechtbank doet later uitspraak.