Het gerechtshof Amsterdam heeft een 20-jarige man in hoger beroep veroordeeld tot 21 maanden jeugddetentie, waarvan 6 voorwaardelijk.
De man pleegde in 2019 samen met zijn toenmalige vriendin de moord op hun pasgeboren baby, die ze begroeven in de tuin. In 2021, tijdens de coronaperiode, hebben ze hun andere pasgeboren baby levend in een afvalcontainer gedumpt.
In hoger beroep probeerde de man de schuld op zijn vriendin te schuiven, maar het hof achtte zijn verklaringen volstrekt ongeloofwaardig. Hij krijgt dezelfde straf als zijn vriendin, die eerder door de rechtbank veroordeeld werd.
Het hof legt echter geen voorwaardelijke jeugd-tbs op, omdat de rechtbank onvoldoende zou hebben gemotiveerd waarom ze afweek van de conclusies van psychologen en psychiaters.
In tegenstelling tot de rechtbank kent het hof wel een schadevergoeding toe aan het nog levende kind.