Het klaagschrift inzake inbeslagname van gegevensdragers van advocaat Youssef T., neef van Ridouan Taghi, is ongegrond verklaard.
Volgens de rechtbank mocht de politie de gegevensdragers in beslag nemen. Er waren volgens een woordvoerder zeer uitzonderlijke omstandigheden aanwezig om inbreuk te maken op het verschoningsrecht van de advocaat. De rechtbank heeft een klaagschrift van de advocaat hierover ongegrond verklaard.
De advocaat en neef van Ridouan Taghi werd op 8 oktober aangehouden. Hij wordt er door het Openbaar Ministerie van verdacht dat hij als advocaat ernstige strafbare feiten heeft gepleegd. Direct na de aanhouding vonden er doorzoekingen plaats in de woning en het kantoor van de advocaat. Ook de cel en de verblijfsruimten van Taghi in de Extra Beveiligde Inrichting (EBI) in Vught werden doorzocht. Daarbij werden onder andere een iPad en notitieblokken in beslag genomen. De rechter-commissaris had voor deze doorzoekingen toestemming verleend.
Kort na de aanhouding diende de advocaat een klaagschrift in tegen de beslissing van de rechter-commissaris. Volgens T. zouden de in beslag genomen goederen onder zijn verschoningsrecht als advocaat vallen. De rechtbank gaat daar niet in mee en verklaart het klaagschrift ongegrond. Er mag van de wet alleen inbreuk worden gemaakt op het verschoningsrecht van een advocaat als er sprake is van zeer uitzonderlijke omstandigheden. Daarvan is hier naar het oordeel van de rechtbank sprake.
De neef van Taghi wordt onder meer verdacht van betrokkenheid bij de voorbereiding en uitlokking van zeer ernstige en gewelddadige strafbare feiten en van deelname aan een criminele organisatie. Door de ongegrondverklaring van het klaagschrift mag het Openbaar Ministerie de stukken nu gebruiken in het strafrechtelijk onderzoek naar de advocaat.