Foto ter illustratie. © Pexels / Pixabay

Man (75) uit Nijmegen krijgt 100 uur werkstraf voor ontucht minderjarige achternichtje

Een 75-jarige man uit Nijmegen is veroordeeld voor het plegen van ontucht met zijn minderjarige achternichtje. De rechtbank heeft de man een voorwaardelijke gevangenisstraf van 2 maanden opgelegd, samen met een taakstraf van 100 uur.

In oktober 2022 kietelde de man het meisje op haar buik, zij en rug, iets wat hij vaker deed. Op een gegeven moment veranderde het meisje van houding en tilde ze haar benen omhoog, waardoor haar ochtendjas openviel. Op dat moment zag de man haar onderbroek. Naar eigen zeggen schrok de man hiervan en gaf hij haar een tikje over haar onderbroek op haar vagina. Direct daarna verontschuldigde de man zich bij het meisje en gaf aan dat hij dit niet had mogen doen.

De rechtbank oordeelt dat de man hiermee het meisje onzedelijk heeft betast. Vanwege het aanzienlijke leeftijdsverschil is dit in strijd met de sociaal-ethische norm. De rechtbank acht bewezen dat de man schuldig is aan ontucht. Door het aanraken van het geslachtsdeel van het slachtoffer heeft de man inbreuk gemaakt op de lichamelijke integriteit en ontwikkeling van zijn achternichtje. De rechtbank rekent dit de man zwaar aan.

Wat betreft de beschuldiging dat de man ook een tikje op de billen van het meisje zou hebben gegeven, spreekt de rechtbank de man vrij. Het meisje heeft hier zelf geen verklaring over afgelegd en er is niets over terug te vinden in het strafdossier.

Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de lagere strafeis van de officier van justitie, omdat zij geen meerwaarde zien in een onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Het betrof een eenmalige op zichzelf staande handeling. Wel wil de rechtbank onderzoek laten doen naar de achtergrond van deze handeling. Daarom verbindt de rechtbank twee bijzondere voorwaarden aan de voorwaardelijke straf. Gedurende een proeftijd van 3 jaar moet de man zich melden bij de reclassering. Omdat de rechtbank het belangrijk vindt dat de man niet opnieuw in de fout gaat, moet hij meewerken aan diagnostisch onderzoek en, indien nodig, een ambulante behandeling bij een forensisch psychiatrische polikliniek.

Deze uitspraak volgt na een zorgvuldige afweging van de bewijslast en de ernst van het delict. De rechtbank hoopt dat de opgelegde straf en bijzondere voorwaarden de man helpen om zijn gedrag te veranderen en herhaling van dit soort handelingen te voorkomen.