De 64-jarige Piet S. was volgens het Openbaar Ministerie (OM) de eindbaas van een groot internationaal netwerk dat handelde in drugs.
Justitie verdenkt twaalf verdachten van betrokkenheid bij grootschalige drugshandel en smokkel van onder meer cocaïne uit Zuid-Amerika. De verdachten werden in september aangehouden bij een grote actie in Nederland, België en Spanje. Ongeveer duizenden politieagenten hebben invallen verricht en doorzoekingen gedaan. Het was de voorlopige climax van een jarenlang durend onderzoek (genaamd Taxus) dat in 2016 van start ging. Met als doel het netwerk rond hoofdverdachte Piet S. in kaart te brengen, aldus het OM.
Vanwege de professionaliteit van de organisatie is langdurig en intensief onderzoek verricht. Dit was nodig om zicht te krijgen op de hoofdverdachte en zijn netwerk. Zo had Piet S. geen vaste woon- of verblijfplaats, geen vaste leefpatronen en schermde hij criminele ontmoetingen zoveel mogelijk af. De mensen om hem heen waren even gedisciplineerd als hij bleek volgens de officier van justitie uit onderzoek.
Het meeste bewijs tegen S. en zijn netwerk kreeg het onderzoeksteam door de inzet van bijzondere opsporingsmiddelen op plekken waar de verdachte zich veilig waande. Één daarvan was een garagebedrijf in Uithoorn, een ander in Spanje waar hij met grote regelmaat te vinden was. Verder kreeg de politie ook belastende informatie in handen uit gekraakte Ecnrochat berichten.
Het OM ziet de 64-jarige Piet S. als de ‘eindbaas’ van de ‘criminele BV’, als de spin in het web. ‘Ouwe’, zoals S. genoemd werd, bepaalde volgens het OM wat er gebeurde, hoe, wanneer en met wie. Zijn zoon Freddy S. kwam ook in beeld bij belangrijke afspraken in Spanje en Nederland en zou bij veel drugslijnen een rol hebben gespeeld.
Tijdens komende pro-forma-zittingen (de volgende is op 15 maart 2021) en bij de inhoudelijke behandeling (die is nog niet gepland) komt het OM met aanvullende informatie om deze verdenkingen verder te onderbouwen. Het onderzoek (onder andere aan de Encrochats) is nog in volle gang.