Een 67-jarige Rwandese man die sinds 1998 in Nederland woont, is vandaag aangehouden op verdenking van genocide. De man, die in Ermelo woont, wordt ervan verdacht in 1994 betrokken te zijn geweest bij de volkerenmoord op Tutsi’s in zijn geboorteland Rwanda.
Het Openbaar Ministerie (OM) heeft de man specifiek verdacht van betrokkenheid bij het in brand steken van een huis in de gemeente Mugina, waarin tientallen vrouwen en kinderen levend zijn verbrand. De man was destijds legerofficier in Rwanda.
De man werd in 2012 door Rwanda aangeklaagd voor genocide. In 2022 werd zijn Nederlandse nationaliteit ingetrokken, waardoor hij kon worden uitgeleverd aan Rwanda. De Hoge Raad blokkeerde echter de uitlevering in juni van dit jaar, omdat er volgens de rechter een risico bestond dat de man in Rwanda geen eerlijk proces zou krijgen.
Het OM is nu zelf onderzoek gaan doen naar de man. Dit onderzoek heeft geleid tot de aanhouding. De man zit in voorlopige hechtenis en wordt later deze week voorgeleid aan de rechter-commissaris.
De genocide in Rwanda was een gruwelijke gebeurtenis waarbij in een paar maanden tijd bijna 800.000 mensen werden vermoord, voornamelijk Tutsi’s. De genocide werd gepleegd door Hutu-milities, die gesteund werden door het toenmalige Rwandese regime.
De aanhouding van de Rwandese man is een belangrijke stap in het streven naar gerechtigheid voor de slachtoffers van de genocide.