Een recent ontdekt VN-rapport, dat al is ingezien door The New York Times en The Guardian, werpt een schokkend licht op de ernstige mishandeling van Palestijnse gevangenen in Israëlische gevangenissen.
De misstanden omvatten fysieke, mentale en seksuele mishandeling, waarbij gevangenen worden geslagen, aangevallen door militaire honden en gedwongen worden om urenlang in stressvolle posities te zitten.
De rapporten onthullen dat Palestijnse gevangenen niet alleen worden blootgesteld aan fysiek geweld, maar ook aan mentale vernederingen. Ze worden gedwongen om zich als dieren te gedragen en ervaren zelfs momenten waarop ze ondergeplast worden. Daarnaast worden ze blootgesteld aan harde geluiden en muziek als een extra vorm van psychologische mishandeling.
Seksuele mishandeling blijkt eveneens een gruwelijke realiteit te zijn voor Palestijnse gevangenen. Vrijgelaten gedetineerden getuigen van seksueel misbruik, waarbij vrouwen worden betast terwijl ze geblinddoekt zijn en mannen melden slagen op hun geslachtsdelen.
Het VN-rapport, samengesteld door de VN-hulporganisatie UNRWA, is gebaseerd op uitvoerige interviews met Palestijnen die sinds december zijn vrijgelaten bij de grensovergang van Kerem Shalom. UNRWA-personeel was aanwezig om humanitaire hulp te verlenen en was getuige van schrijnende situaties.
De onthullingen in het rapport benadrukken de dringende noodzaak van internationale aandacht en actie om deze schendingen van mensenrechten aan te pakken en verantwoordelijkheid te eisen van de betrokken partijen.