14 jaar cel voor om het leven brengen wietknipster bij roven wiet in Naaldwijk

In een dramatische afloop van een langlopende rechtszaak heeft het gerechtshof in Den Haag vandaag een man veroordeeld tot een gevangenisstraf van 14 jaar voor de doodslag op een Poolse vrouw in 2003. De vrouw, die als wietknipster werkzaam was, werd in een woning te Naaldwijk door verstikking en grof geweld om het leven gebracht.

De zaak, die aanvankelijk in 2004 werd gesloten wegens gebrek aan bewijs, werd heropend na een cruciale DNA-match in 2017. Onder de nagels van het slachtoffer was DNA van de verdachte gevonden, wat uiteindelijk leidde tot zijn arrestatie in 2019.

In eerste instantie had de rechtbank de verdachte veroordeeld tot 12 jaar cel. Zowel het Openbaar Ministerie als de verdachte gingen in hoger beroep, waarbij het OM een hogere straf eiste en de verdachte zijn onschuld bleef volhouden, stellende nooit in de woning te zijn geweest.

Het hof oordeelde dat het DNA onder de nagels van het slachtoffer overtuigend bewijs was dat de verdachte de dader is. Dit DNA werd geassocieerd met krassen op de hals van het slachtoffer, wat duidt op afweerletsel tijdens de aanval. Getuigenverklaringen ondersteunden ook dat de verdachte bekend was met de locatie en de hennepkwekerij in de woning.

Hoewel het hof een straf van 15 jaar passender vond, werd er rekening gehouden met de lange duur van het juridische proces. De uiteindelijk opgelegde straf van 14 jaar weerspiegelt de ernst van het misdrijf en de impact op de nabestaanden en de gemeenschap.

Deze uitspraak brengt een lang verwachte gerechtigheid voor de nabestaanden van het slachtoffer en markeert het einde van een langdurig juridisch gevecht.