In Singapore is een man geëxecuteerd voor een kilo wiet.
De 46-jarige Tangaraju Suppiah was in 2018 ter dood veroordeeld voor medeplichtigheid aan de smokkel van de drugs. Het OM beweerde dat hij verantwoordelijk was voor het coördineren van de bezorging van de verdovende middelen, hoewel hij de wiet niet bij zich had toen hij werd opgepakt. Hij heeft zijn betrokkenheid altijd ontkend, maar zijn vonnis is nu toch voltrokken ondanks protest van familieleden, activisten en mensenrechtenorganisaties.
In Singapore loop je het risico om de doodstraf te krijgen als je betrapt wordt met meer dan 500 gram wiet. Critici vinden de drugswetten in Singapore te streng, omdat vooral drugskoeriers ter dood worden veroordeeld, terwijl de grote spelers buiten schot blijven. Toch houdt de regering vol dat alle geëxecuteerden een eerlijk proces hebben gekregen en dat de doodstraf nodig is om de samenleving te beschermen.
Het beleid in Singapore staat in contrast met de drugswetten in buurlanden zoals Thailand, waar wiet juist gedecriminaliseerd is en verschillende lange gevangenisstraffen zijn teruggedraaid. Het is nog maar de vraag of Singapore in de toekomst ook een meer tolerante houding ten opzichte van wiet zal aannemen.