Justitie heeft in hoger beroep opnieuw een levenslange gevangenisstraf geëist voor het uitvoeren van meerdere Mocro Maffia liquidaties.
De 27-jarige Amsterdammer Hicham M. kreeg eerder van de rechtbank een levenslange gevangenisstraf opgelegd voor betrokkenheid bij liquidaties. Het ging om twee voltooide liquidaties, drie pogingen tot moord en het plegen van voorbereidingshandelingen voor moord. Het hoger beroep van M. is van start gegaan en justitie eist opnieuw levenslang.
Volgens de rechtbank destijds schoten Hicham M. en Mohamed H. (die 30 jaar celstraf opgelegd kreeg) na een lange planning op 31 december 2015 met automatische vuurwapens op een auto waarin Chahid Yakhlaf, Chafik Yakhlaf en een derde man zaten. De liquidatie vond plaats op een camping in Kerkdriel. Chahid Yakhlaf overleed korte tijd later in het ziekenhuis aan zijn verwondingen. Zijn broer, Chafik Yakhlaf, en de derde man in de auto raakten allebei gewond, maar overleefden de aanslag.
Daarnaast wordt M. verdacht van het medeplegen van de liquidatie op Eaneas Lomp. Hij werd in november 2015 met vuurwapengeweld om het leven gebracht in Krommenie. Volgens het OM is hij in Krommenie één van de schutters geweest. Daarnaast is de verdachte volgens het OM betrokken geweest bij de aanslag op een man in Amsterdam. Hij wordt onder meer verdacht van het plaatsen van GPS-apparatuur onder de auto van het beoogde slachtoffer. Uiteindelijk mislukt de aanslag op 3 april 2016 omdat het automatische wapen haperde.
De rechtbank Gelderland heeft de verdachte op 26 juni 2019 veroordeeld tot een levenslange gevangenisstraf. De vermeende opdrachtgever Omar L. van de reeks liquidaties en pogingen daartoe kreeg van de rechtbank eveneens de hoogst mogelijke straf in Nederland. Een derde verdachte, Mohamed H., kreeg 30 jaar gevangenisstraf opgelegd voor zijn rol in deze zaak.
In het hoger beroep van de nu terecht staande verdachte is volgens een woordvoerder onder meer verweer gevoerd op de versleutelde (PGP-)berichten die zijn gestuurd binnen de systemen van Ennetcom. Dit systeem zou onbetrouwbaar en te manipuleren zijn, waardoor bijvoorbeeld bepaalde berichten en/of accounts niet aan de verdachte mogen worden toegeschreven. De aanklagers zeggen dat er geen aanleiding is te twijfelen aan de juistheid van de berichten en dat de verdachte kan worden gekoppeld aan bepaalde accounts en belastende berichten.