Taxidienstenbedrijf Uber heeft een boete van maar liefst 290 miljoen euro opgelegd gekregen door de Autoriteit Persoonsgegevens (AP).
Dit bedrag markeert de hoogste boete die de Nederlandse privacywaakhond ooit heeft uitgedeeld. Deze sanctie komt voort uit ernstige inbreuken op de privacywetgeving.
Overtredingen van Privacyregels
Uber wordt beboet omdat het gegevens van Europese taxichauffeurs onterecht heeft doorgestuurd naar zijn hoofdkantoor in de Verenigde Staten zonder de noodzakelijke privacymaatregelen te treffen. De betreffende gegevens omvatten een breed scala aan persoonlijke informatie, waaronder locatiegegevens, foto’s, betaalgegevens, identiteitsbewijzen, en in sommige gevallen ook strafrechtelijke en medische gegevens.
Duur en Omvang van de Overtreding
De overtredingen vonden plaats over een periode van meer dan twee jaar, waarbij Uber deze gevoelige informatie niet adequaat beschermde tijdens de overdracht naar het Amerikaanse hoofdkantoor. Dit langdurige onrechtmatige handelen heeft aanzienlijk bijgedragen aan de hoogte van de opgelegde boete.
Acties en Maatregelen van Uber
Sinds eind vorig jaar heeft Uber stappen ondernomen om te voldoen aan de privacyregels en heeft het de ongeoorloofde praktijken beëindigd. Het bedrijf heeft zijn beleid aangepast om te voldoen aan de geldende privacywetgeving en verdere overtredingen te voorkomen.
Reactie van Uber op de Boete
Uber heeft aangekondigd beroep aan te tekenen tegen de boete, met mogelijk juridische stappen als uiterste maatregel. Het bedrijf betoogt dat de boete onjuist en onterecht is, en stelt dat er onduidelijkheid bestond over de privacyregels, hoewel het zich naar eigen zeggen aan deze regels heeft gehouden. Uber beschouwt de opgelegde boete als onrechtvaardig en disproportioneel.
Door deze boete benadrukt de Autoriteit Persoonsgegevens de noodzaak voor strikte naleving van privacywetgeving en dient het als een waarschuwend signaal voor andere bedrijven die met persoonlijke gegevens omgaan.