Foto ter illustratie. © Pexels / Pixabay

Minderjarige verdachten veroordeeld voor matchfixing voetbalwedstrijden KNVB

Op 19 januari 2024 stonden twee minderjarige verdachten uit Almere en Amsterdam voor de rechtbank in Lelystad op verdenking van matchfixing.

Ze zouden spelers in de tweede divisie van het Nederlandse voetbal hebben benaderd om wedstrijden tegen betaling te manipuleren. De politie bracht de zaak aan het licht, en het Openbaar Ministerie eiste werkstraffen van 60 en 70 uur tegen de verdachten.

Op 3 juni 2022 meldde de integrity manager van de KNVB (Koninklijke Nederlandse Voetbalbond) dat spelers via sociale media waren benaderd met het verzoek voetbalwedstrijden opzettelijk te manipuleren. De verdachten boden bedragen aan, variërend van 12.500 euro voor een verlies van 0-3 tot 7.000 euro voor een gelijkspel van 4-4. Na de meldingen startte de politie een onderzoek en werden de twee minderjarige verdachten aangehouden.

Uit het onderzoek bleek dat de verdachten van plan waren grote bedragen in te zetten op goksites voor de door hen voorgestelde scores in de gemanipuleerde voetbalwedstrijden. Hierdoor zouden niet alleen de gokaanbieders worden opgelicht, maar ook andere gokkers hun ingelegde bedrag verliezen. De officier van justitie benadrukte op zitting dat dit niet alleen financiële schade veroorzaakt, maar ook het plezier van sportliefhebbers wegneemt.

De spelers en voetbalclubs handelden integer door de matchfixing-signalen te melden bij de politie. De officier van justitie benadrukte het belang van het melden van dergelijke pogingen tot matchfixing. Beide verdachten werden veroordeeld tot werkstraffen van 70 uur. De uitspraak toont aan dat de huidige wetgeving toereikend is voor de vervolging van matchfixing.