Foto ter illustratie. © Pexels / Pixabay

18 maanden cel na wilde achtervolging snelweg A50 uit paniek en angst na eerdere schietpartij

Een man moet 18 maanden de cel in voor een wilde achtervolging. De verdachte reed naar eigen zeggen uit paniek weg na een eerdere schietpartij.

De rechtbank heeft een 27-jarige man uit Leerdam veroordeeld tot een gevangenisstraf van 24 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk. Daarnaast mag de man gedurende 2 jaar geen voertuig besturen. De veroordeling volgt op het gevaarlijke rijgedrag van de man, waarbij hij een ongeluk met de politie veroorzaakte.

Op 3 februari 2022 reed de man ’s avonds op de snelweg A50 met buitengewoon hoge snelheid. Hij haalde andere weggebruikers rechts in via de vluchtstrook, hinderde auto’s door te bumperkleven en sneed ze af, en schakelde zijn lichten uit tijdens het rijden. Zelfs nadat meerdere politievoertuigen met sirenes en zwaailichten hem achtervolgden, bleef de man doorrijden. In Nijmegen reed hij met hoge snelheid door de bebouwde kom, terwijl de politie hem op de hielen zat. Plotseling remde de man abrupt, wat resulteerde in een ongeval. Vervolgens rende hij weg van de plaats van het ongeval, wat op zichzelf ook een misdrijf is.

Daarnaast reed de man in 2021 in een auto terwijl zijn rijbewijs was geschorst door het CBR. De politie vermoedde dat de man onder invloed was van drugs, maar hij weigerde mee te werken aan een bloedonderzoek na zijn aanhouding. Wel werden er drugs in zijn auto aangetroffen.

Tijdens de zitting verklaarde de man dat hij dacht dat hij werd bedreigd door een andere weggebruiker. Hij beweerde dat deze automobilist een wapen had en raakte in paniek vanwege eerdere schietincidenten waarmee hij te maken had gehad. Hij verklaarde dat hij niet had opgemerkt dat de politie achter hem aan reed. Hoewel vaststaat dat de man in 2019 slachtoffer was van een schietincident terwijl hij in een auto zat, gelooft de rechtbank niet dat hij op 3 februari 2022 handelde uit paniek en niet doorhad dat de politie hem probeerde aan te houden.

De reclassering schat het recidiverisico hoog in, aangezien de man eerder niet heeft meegewerkt aan een behandeling die hem was opgelegd. Om die reden adviseert de reclassering geen bijzondere voorwaarden op te leggen. De rechtbank neemt dit advies over.

Bij het bepalen van de straf houdt de rechtbank rekening met het feit dat de man eerder is veroordeeld voor verkeersovertredingen. Desondanks legt de rechtbank een lagere straf op dan geëist door de officier van justitie, omdat de rechtbank van oordeel is dat het gedrag van de man geen poging tot doodslag inhoudt, maar een poging tot zware mishandeling. Aan het voorwaardelijke deel van de straf wordt een proeftijd van 3 jaar verbonden. Gedurende 2 jaar mag de man geen voertuig besturen.