Een 67-jarige man uit Doetinchem is veroordeeld tot een voorwaardelijke celstraf van 3 maanden en een taakstraf van 240 uur voor het verleiden van zijn minderjarige stiefkleindochter tot ontucht.
De man maakte zich in de periode van 2018 tot en met 2020 drie keer schuldig aan ontuchtige handelingen met het meisje, toen zij 16 en 17 jaar oud was. Het slachtoffer heeft een verstandelijke beperking en kwam regelmatig op bezoek bij haar oma en stiefopa. Tijdens deze bezoekjes betastte de man haar in afwezigheid van haar oma.
De rechtbank oordeelde dat de man de lichamelijke integriteit van het meisje op grove wijze heeft geschonden en over haar grenzen heen is gegaan. Het slachtoffer bracht uiteindelijk haar begeleiders op de hoogte en deed aangifte.
Uit rapportages van de reclassering en een psychiater bleek dat de stiefopa licht verstandelijk beperkt is en mogelijk niet aangeboren hersenletsel heeft. Deskundigen zijn van mening dat dit van invloed kan zijn geweest tijdens het plegen van de ontucht. De rechtbank nam dit advies over en oordeelde dat de man verminderd toerekeningsvatbaar is.
De officier van justitie had een gevangenisstraf van 12 maanden geëist, waarvan 4 maanden voorwaardelijk. De rechtbank besloot echter dat een gevangenisstraf niet passend was, mede vanwege de verminderde toerekeningsvatbaarheid van de man. Bovendien toonde de man oprecht berouw en schaamte en zocht hij zelf hulp en begeleiding om herhaling te voorkomen.
Als onderdeel van de straf moet de man een schadevergoeding van ruim 3.800 euro betalen aan het slachtoffer.