Foto ter illustratie. © Pexels / Pixabay

Schutter die met opzet verkeerd schoot in Hoogeveen krijgt jaren celstraf

De Rechtbank Noord-Nederland, locatie Assen, heeft vandaag een uitspraak gedaan in een zaak die draait om een schietincident dat eerder dit jaar plaatsvond in Hoogeveen.

Tijdens de schietpartij raakte niemand gewond. De schutter, die verwikkeld was in een conflict met het slachtoffer, is veroordeeld voor poging tot doodslag en verboden wapenbezit. De rechtbank heeft hem een gevangenisstraf opgelegd van 4 jaar, waarbij het voorarrest wordt meegerekend. Bovendien heeft de rechtbank een locatie- en contactverbod opgelegd aan de veroordeelde, omdat er twijfels zijn over de beëindiging van het conflict.

Het incident ontvouwde zich als gevolg van een langdurig conflict tussen de betrokken partijen. De situatie escaleerde toen het slachtoffer zich naar het huis van de verdachte begaf om een confrontatie aan te gaan. Op dat moment bevond de verdachte zich in zijn kelderbox, die hij als zijn ‘mancave’ gebruikte, enigszins verwijderd van zijn appartement. Het slachtoffer verscheen later in de trapopgang bij de deur van deze kelderbox. De verdachte loste een schot in de richting van de openstaande deur naar de uitgang, zonder het slachtoffer te raken.

De verdachte beweert dat hij opzettelijk niet gericht op het slachtoffer heeft geschoten, en daardoor geen intentie had om het slachtoffer te doden of zwaar lichamelijk letsel toe te brengen.

Niettemin concludeert de rechtbank uit onderzoek dat het slachtoffer zich op dat moment dichtbij de deur bevond in een smalle trapopgang. De rechtbank is van oordeel dat de verdachte daarmee willens en wetens het risico accepteerde om het slachtoffer te raken en bovendien bewust de kans aanvaardde dat het slachtoffer zou kunnen overlijden. De rechtbank acht daardoor de poging tot doodslag bewezen, naast het verboden wapenbezit, een ander ten laste gelegd feit.

Bij het bepalen van de straf benadrukt de rechtbank dat de verdachte door zijn handelingen het leven van het slachtoffer op ernstige wijze in gevaar heeft gebracht. Bovendien roepen dergelijke misdaden gevoelens van angst en onzekerheid op, niet alleen bij slachtoffers, maar ook in de bredere samenleving.

Gezien de ernst van de feiten acht de rechtbank een gevangenisstraf onvermijdelijk. Na zorgvuldige afweging en rekening houdend met straffen in soortgelijke zaken, heeft de rechtbank besloten tot een lagere straf dan de officier van justitie had geëist. Derhalve wordt een gevangenisstraf van 4 jaar opgelegd, inclusief aftrek van het voorarrest.

Naast de gevangenisstraf is de veroordeelde verplicht om een schadevergoeding te betalen aan het slachtoffer.