Burgemeester Doetinchem mag van rechter woning niet sluiten na overtreding Opiumwet

De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de burgemeester van Doetinchem voorlopig een woning niet mag sluiten vanwege overtreding van de Opiumwet.

De rechter vindt dat het belang van het minderjarige kind van de bewoonster zwaarder weegt dan het belang van de burgemeester bij sluiting van de woning. Het kind mag in de woning blijven wonen tot er een beslissing op het bezwaar is genomen.

Op 3 februari 2023 vond er een politiecontrole plaats in de woning, waarbij een handelshoeveelheid harddrugs, voorwerpen voor het maken van synthetische drugs en een grote hoeveelheid contant geld werden aangetroffen. Dit was een eerste overtreding van de Opiumwet, waarna de burgemeester besloot tot sluiting van de woning.

Hoewel de rechter erkent dat sluiting van de woning noodzakelijk kan zijn gezien de aangetroffen drugs en materialen, houdt de persoonlijke situatie van het minderjarige kind in dat voorlopig van sluiting moet worden afgezien. De bewoonster en het kind hebben geen geschikte alternatieve woonruimte in Doetinchem en een gedwongen verhuizing kan leiden tot verergering van de psychische problemen van het kind. Bovendien zou een verhuizing de noodzakelijke behandeling van het kind in gevaar brengen.

De rechter heeft daarom het verzoek tot voorlopige voorziening van de bewoonster toegekend, waardoor de woning voorlopig niet gesloten wordt en de bewoonster en haar kind er mogen blijven tot 6 weken na de beslissing op bezwaar.