Foto ter illustratie. © Pexels / Pixabay

Celstraffen geëist tegen drietal voor voorbereiden plofkraak op bank in Duitsland

Het Openbaar Ministerie heeft vandaag gevangenisstraffen tot twee jaar geëist tegen drie mannen die verdacht worden van het voorbereiden van een plofkraak of medeplichtigheid daaraan. Een van de verdachten wordt ook beschuldigd van het bezit van een verboden wapen en munitie. Voor een vierde verdachte is vrijspraak gevraagd.

Het incident vond plaats in de nacht van 1 op 2 april 2022, toen een inwoner van Herzogenrath in Duitsland geluiden hoorde bij een bankfiliaal in de buurt van zijn woning. Hij zag twee mannen proberen de deur van het pand te forceren. Toen dit niet lukte, stapten de mannen in een snelle Audi. Wat volgde was een urenlang achtervolging door de Duitse en Nederlandse politie. De Audi bereikte hoge snelheden van meer dan 240 kilometer per uur op Duitse, Belgische en Nederlandse snelwegen. Ook scheurden de verdachten door de bebouwde kom van Hilversum. Met behulp van een helikopter en talloze politieauto’s wist de politie de Audi steeds weer op te sporen. Uiteindelijk stopte de auto langs de A27 bij Utrecht, waar drie mannen uitstapten en wegrenden. Een van hen, een 20-jarige man uit Amsterdam, werd kort daarna in de bosjes gevonden. De andere twee verdachten wisten te ontkomen.

Bij doorzoeking van de Audi vond de politie diverse voorwerpen die vaak gebruikt worden bij plofkraken, waaronder explosieven, regenpakken en bivakmutsen. Er werd een uitgebreid onderzoek ingesteld waarbij onder andere DNA-sporen in de auto, locatiegegevens van de Audi, het huurcontract van de auto en gegevens in de telefoons van de verdachten werden gebruikt. Dit leidde tot de stapsgewijze arrestatie van nog drie verdachten.

Het Openbaar Ministerie is van mening dat op basis van het onderzoeksdossier bewezen kan worden dat de 20-jarige Amsterdammer en een 25-jarige man uit Nieuwegein aanwezig waren in Duitsland op de bewuste nacht en tijdens de achtervolging in de auto zaten. Het is aannemelijk dat zij van plan waren om de geldautomaat in het bankfiliaal in Herzogenrath op te blazen, wat volgens het Openbaar Ministerie wijst op hun schuld aan het voorbereiden van een plofkraak. De man uit Nieuwegein wordt ook beschuldigd van het bezit van een wapen en munitie die bij een huiszoeking werden gevonden. Vanwege de persoonlijke omstandigheden van de Amsterdammer is hij volgens het jeugdstrafrecht vervolgd. Tegen hem is een jeugddetentie van 180 dagen geëist, waarvan 40 dagen voorwaardelijk. Voor de man uit Nieuwegein is een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van twee jaar geëist.

Zowel de Amsterdamse als de Nieuwegeinse verdachten zijn eerder veroordeeld tot jeugddetentie, waarbij een deel van hun straf voorwaardelijk was op voorwaarde dat ze geen strafbare feiten zouden plegen. Aangezien ze volgens het Openbaar Ministerie nu wel strafbare feiten hebben gepleegd, wordt geëist dat ze respectievelijk 81 en 304 dagen jeugddetentie alsnog uitzitten.

Voor een 26-jarige verdachte uit Maartensdijk is een gevangenisstraf van 120 dagen geëist, waarvan 25 dagen voorwaardelijk, samen met een werkstraf van 240 uur. Uit het onderzoek blijkt dat hij niet aanwezig was in Duitsland tijdens de bewuste nacht, maar wel behulpzaam was bij het regelen van de auto. Daarom wordt hij beschuldigd van medeplichtigheid aan het voorbereiden van een plofkraak.

Voor een vierde verdachte is vrijspraak gevraagd, omdat er onvoldoende bewijs is om zijn betrokkenheid wettig en overtuigend aan te tonen.