De rechtbank heeft drie mannen veroordeeld voor verschillende geweldsdelicten die plaatsvonden tijdens een illegaal bunkerfeest in Arnhem.
Op 1 januari 2021, temidden van de COVID-19 pandemie en de bijbehorende maatregelen, besloot een groep individuen om tijdens oudjaarsnacht een illegaal feest te organiseren in een bunker in Arnhem. Toen de politie ter plaatse kwam, escaleerde de situatie en keerden sommige feestgangers zich tegen de politie, waarbij ze stenen en flessen naar de agenten gooiden. Hierbij raakten verschillende agenten ernstig gewond.
De veroordeelde mannen, respectievelijk 31 jaar uit Hapert, 34 jaar uit Leersum en 36 jaar uit Leiden, beweerden dat ze deel uitmaakten van de feestgangersgroep, maar ontkenden dat zij degenen waren die de stenen en andere objecten gooiden. Op basis van de verklaringen van de agenten concludeerde de rechtbank echter dat de mannen uit Leersum en Hapert wel degelijk stenen en andere voorwerpen gooiden.
De man uit Leersum gooide met een steen en raakte hierbij een agent in het gezicht, wat leidde tot de veroordeling voor zware mishandeling van een politieagent. Daarnaast beledigde hij meerdere politieagenten. De rechtbank legde hem een celstraf van 12 maanden op, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar. Ook moet hij een schadevergoeding van ruim 12 duizend euro betalen aan de betreffende agent.
De man uit Hapert gooide een steen naar het hoofd van een agent en maakte zich hiermee schuldig aan een poging tot zware mishandeling. Hij was ook medeplichtig aan een poging tot zware mishandeling van een andere agent, waarbij hij samen met een andere man stenen naar de agent gooide en de agent met een groot object op de borst raakte. Daarnaast beledigde hij enkele politieagenten en verzette hij zich bij zijn aanhouding. Hij kreeg een celstraf van 15 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar. Daarbij moet hij schadevergoedingen van ruim 3 duizend euro en 900 euro betalen aan de politieagenten.
De man uit Leiden werd vrijgesproken van de geweldsdelicten en belediging wegens gebrek aan bewijs. Hij verzette zich echter wel tegen zijn aanhouding en werd daarvoor veroordeeld. De rechtbank legde hem een gevangenisstraf van 3 dagen op.