Man met bijl neergeschoten en verlamd, politieagent wordt niet verder vervolgd

Een politieagent die in Scheveningen een man met een bijl neerschoot wordt niet vervolgd.

Dat heeft de rechtbank Den Haag bepaald. De agent wordt ontslagen van alle rechtsvervolging. Het schietincident deed zich donderdagavond 28 mei 2020 voor op de Neptunusstraat. Er kwamen meerdere meldingen binnen bij de hulpdiensten dat een man in Scheveningen zwaaide met een bijl. Hij sloeg daarmee op dingen maar had ook al iemand op de rug geslagen. Die was daarbij licht gewond geraakt.

Meerdere politieagenten komen naar de straat en trekken een vuurwapen. Er wordt een waarschuwingsschot gelost maar dat heeft volgens de politie nauwelijks effect. Al zwalkend en met de bijl zwaaiend stapte hij in de richting van de agenten. De 40-jarige agent dacht dat de man een direct gevaar vormde voor een jonge agente in opleiding. Hij meende naar eigen zeggen te moeten schieten om haar te beschermen. De agent raakte de man in zijn borst. Die liep daarbij een dwarslaesie op.

Het neergeschoten slachtoffer zegt zich achteraf niets van het incident te kunnen herinneren. Hij heeft verklaard dat hij cocaïne en XTC had gebruikt en ook pijnstillers vanwege pijn in zijn knie. De agent beroept zich op noodweer omdat hij dacht zijn collega te moeten verdedigen.

Na uitvoerig onderzoek van de Rijksrecherche en nauwgezette bestudering van het dossier (waarin ook beeldmateriaal zit) is er volgens het OM feitelijk geen sprake van noodweer. Er was op het moment van schieten geen sprake van een acuut en direct gevaar voor de agente in opleiding. Ook een beroep op zogeheten putatief noodweer kan volgens het OM niet slagen.

De rechtbank is van oordeel dat de politieagent werd geconfronteerd met een man die al een persoon met de bijl had geslagen, niet reageerde op bevelen om de bijl te laten vallen en ook niet reageerde op een waarschuwingsschot en die zich zwaaiend met de bijl in de richting van politieagenten begaf. De agent heeft zijn dienstwapen gebruikt binnen de regels die daarvoor gelden volgens de Politiewet en de Ambtsinstructie voor het gebruik van geweld door de politie. Dit betekent dat de politieagent heeft gehandeld ter uitvoering van een wettelijk voorschrift en dat rechtvaardigt dat hij heeft geschoten. De politieagent wordt daarom ontslagen van alle rechtsvervolging.