De verdachte rond de martelcontainers ontdekt na de hack van Encrochat kwam bij justitie in beeld tijdens een onderzoek naar liquidaties.
Robin van O. kwam bij de politie in beeld tijdens een onderzoek naar een geplande liquidatie op Ahmet G. en Hasan M.. Verdachten Patrik van M. en Rosselo van T. zouden hebben gesproken over ene ‘broer’ die op zoek zou zijn naar een loods. Met broer wordt volgens politie en justitie Van O. bedoeld.
Na de aanhouding van Van M. en Van T. ging het onderzoek naar Van O. verder. In juni kwam de politie de martelcontainers in Wouwse Plantage op het spoor. De containers bleken bij doorzoekingen geluiddicht te zijn en in een van de containers stond een tandartsstoel en spullen waarmee personen gemarteld kunnen worden.
In onderschepte Encrochat berichten werd door verschillende personen gesproken over ‘onze eigen EBI’ en ‘behandelkamer’ De politie kon op dat moment live meelezen met alle communicatie die verliep via Encrochat PGP-toestellen. Naast de martelcontainers hadden de criminelen ook een tweede loods in Rotterdam van waaruit een eigen arrestatieteam moest uitrukken om criminele rivalen te ontvoeren en over te brengen naar de containers in Wouwse Plantage. In die containers zijn ook zwaailichten, politie-uniformen en kogelvrije vesten gevonden. Daarnaast zouden er ook plannen zijn geweest om een arrestatiebus van de politie te stelen.
De mannen worden verdacht van voorbereidingshandelingen voor ontvoeringen, afpersing en mishandeling met zwaar geweld. Het opzetten van de martelcontainers zou volgens justitie mogelijk in opdracht zijn geweest van de Rotterdammer Roger P. alias Piet Costa. P. is hiervoor nog niet in staat van beschuldiging gesteld. Het onderzoek naar de martelcontainers en mogelijke betrokkenen is nog in volle gang.
