Foto ter illustratie. © Pexels / Pixabay

Vrouw veroordeeld voor bevordering van terroristische misdrijven, vrijgesproken van deelname aan IS

De rechtbank Rotterdam heeft een 33-jarige vrouw veroordeeld tot een gevangenisstraf van 18 maanden, waarvan 8 voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar. De verdachte is schuldig bevonden aan de voorbereiding en bevordering van terroristische misdrijven, maar wordt vrijgesproken van deelname aan de terroristische organisatie IS.

In september 2014 reisde de vrouw met haar Turkse echtgenoot naar Syrië, terwijl ze zich bewust was van het oorlogsgebied en de aanwezigheid van IS. Ze vormde met haar echtgenoot een gezamenlijke huishouding, wat hem indirect in staat stelde om deel te nemen aan IS, een organisatie die terroristische misdrijven nastreeft. Hierdoor is ze schuldig bevonden aan het bevorderen van terroristische misdrijven, waarbij het niet nodig is dat een concreet misdrijf werd voorbereid of bevorderd.

Hoewel het voeren van een gezamenlijke huishouding een rol speelde bij de bevordering van terroristische misdrijven, blijkt uit het dossier niet wat precies de rol van de verdachte was binnen IS. Er zijn geen bewijzen dat ze het gedachtengoed van IS onderschreef of directe activiteiten uitvoerde in lijn met de doelen van de organisatie. Hierdoor is ze vrijgesproken van deelname aan IS.

Bij het bepalen van de straf is rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Ze wordt verminderd toerekeningsvatbaar geacht vanwege een gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van de geestvermogens. Bovendien heeft ze na haar vlucht uit het IS-gebied gevangen gezeten en verbleef ze ruim 4 jaar in het kamp Al Roj, samen met haar kinderen, waar de leefomstandigheden erbarmelijk zijn. Deze ervaringen zullen naar verwachting voorkomen dat ze opnieuw naar een strijdgebied van een terroristische organisatie zal gaan. Aan de voorwaardelijke straf zijn bijzondere voorwaarden verbonden, gericht op het beperken van het lage recidiverisico.