Vrouwe Justitia is de personificatie van het recht. © via Wikimedia Commons

Meerdere vrouwen veroordeeld tot gevangenisstraffen voor deelname terroristische organisatie IS

De rechtbank heeft meerdere vrouwen veroordeeld tot gevangenisstraffen voor deelname aan de terroristische organisatie IS.

Vier vrouwen zijn vandaag veroordeeld door de rechtbank in Rotterdam wegens deelname aan de terroristische organisatie ISIS en voorbereidingshandelingen van een terroristisch misdrijf. Twee van de vrouwen werden ook veroordeeld omdat zij hun kinderen hebben meegenomen naar het strijdgebied en hen in hulpeloze toestand hebben achtergelaten. De vrouwen reisden af naar Syrië en Irak, terwijl ze wisten dat daar een oorlog gaande was en sloten zich aan bij ISIS.

De opgelegde straffen variëren van 30 tot 36 maanden celstraf, waarvan 12 tot 15 maanden voorwaardelijk zijn opgelegd. De vrouwen moeten zich tevens houden aan verschillende bijzondere voorwaarden.

Het is vastgesteld dat ISIS gebruik maakte van buitengewoon wreed geweld om haar doel te bereiken. Er zijn ernstige mensenrechtenschendingen gepleegd, waaronder standrechtelijke executies, moord, martelingen en verminking van krijgsgevangenen en burgers. Veel van deze misdrijven werden gepleegd om de bevolking in de betreffende gebieden angst aan te jagen en zijn daarmee ontegenzeggelijk terroristische misdrijven.

De straffen die zijn opgelegd, zijn lager dan wat de officier van justitie had geëist. De rol van deze vrouwen is beperkter geweest dan die van vrouwen die eerder zijn berecht. Bovendien hebben de vrouwen ruim 4 jaar in kamp Al Roj doorgebracht, waarvan is vastgesteld dat de omstandigheden erbarmelijk waren. De vrouwen hebben expliciet afstand gedaan van het ISIS-gedachtegoed.

Een vijfde vrouwelijke verdachte is vrijgesproken van de verdenking van deelname aan een terroristische organisatie. Wel is de rechtbank van oordeel dat zij haar kind in een hulpeloze toestand heeft gebracht door naar een oorlogsgebied af te reizen. Zij krijgt een celstraf van 16 maanden opgelegd, waarvan 9 maanden voorwaardelijk.