Foto ter illustratie. © Pexels / Pixabay

Tot 3 jaar geëist voor buitmaken dure brillen bij gewapende overval opticien Utrecht

Justitie heeft tot drie jaar geëist voor een overval op een opticien waarbij een partij dure brillen werd buitgemaakt.

Op 21 november vorig jaar vond kort na openingstijd een gewelddadige overval plaats op een optiek in het Utrechtse stadsdeel Leidsche Rijn. Een medewerker werd bedreigd met een groot mes, waarna twee overvallers een groot aantal zeer dure (zonne)brillen buitmaakten.

Vandaag eiste de officier van justitie tegen een 20-jarige man uit Rotterdam een gevangenisstraf van drie jaar, waarvan een half jaar voorwaardelijk, voor zijn betrokkenheid bij de overval. Als voorwaarden werden onder meer intensieve begeleiding door de reclassering, beschermd wonen met huisregels en een dagprogramma, en het dragen van een enkelband voorgesteld.

De verdachte werd enkele weken na de overval opgepakt dankzij intensief rechercheonderzoek. DNA-sporen werden gevonden op een bivakmuts in de vluchtauto en op een handschoen langs de vluchtroute. Deze DNA-sporen matchten met de DNA-databank voor strafzaken. Bovendien werden afgeluisterde telefoongesprekken gevonden waarin de verdachte sprak over zijn betrokkenheid bij de overval en de arrestatie van een medeverdachte. Ook werd op zijn telefoon een videofragment aangetroffen waarin hij te zien is met een medeverdachte, gekleed in kleding die overeenkomt met de kleding van de overvallers, inclusief dure zonnebrillen van hetzelfde type als buitgemaakt bij de overval.

Het Openbaar Ministerie acht bewezen dat de Rotterdamse verdachte de overval pleegde en het mes hanteerde. De strafeis houdt rekening met de impact van de overval op de medewerkers en met het criminele verleden van de verdachte.

Twee andere medeverdachten zijn eerder al veroordeeld voor hun aandeel bij de overval, waarbij een 24-jarige man uit Rotterdam een gevangenisstraf van zestien maanden kreeg (waarvan zes voorwaardelijk) en een 17-jarige jongen uit Rotterdam vier maanden jeugddetentie en een PIJ-maatregel kreeg opgelegd.